Als je getrouwd bent in gemeenschap van goederen dan moet je bij een scheiding jouw vermogen 50-50 verdelen. Onder vermogen vallen onder andere :
- uw bank- en spaartegoeden;
- uw koophuis en eventuele beleggingen;
- verzekeringen die waarde vertegenwoordigen.
Ook de schulden moet je 50-50 verdelen. Dat geldt bijvoorbeeld voor:
- leningen zoals de hypotheek;
- doorlopend krediet;
- onbetaalde rekeningen;
- openstaande termijnen van iets wat op afbetaling is gekocht;
- studieschulden
De verdeling van vermogen en schulden kan anders zijn als je huwelijkse voorwaarden hebt opgesteld. In principe zijn die leidend, maar ook bij huwelijkse voorwaarden kan er sprake zijn van gezamenlijk vermogen en gezamenlijke schulden.