Als je niet langer samen in hetzelfde huis woont, kunt je niet langer elkaars fiscaal partner zijn. Daardoor verandert er het nodige voor de inkomstenbelasting. Zo moet je na een scheiding allebei afzonderlijk aangifte doen. In het jaar van scheiding kun je er overigens voor kiezen om gedurende het gehele jaar fiscaal partner te zijn. Door het wegvallen van het fiscaal partnerschap kun je niet langer schuiven met inkomens- en aftrekposten. Dat kan gevolgen hebben voor de hoogte van de belasting die je moet betalen. Hoe groot de fiscale gevolgen zijn, hangt onder meer af van je inkomen, vermogen en schulden.
Na een scheiding verandert het inkomen van allebei de ex-partners. Dat heeft gevolgen voor heffingskortingen en toeslagen. Heffingskortingen zijn inkomensafhankelijke kortingen die je krijgt op jouw te betalen inkomstenbelasting en de premie volksverzekeringen. Denk bijvoorbeeld aan de algemene heffingskorting en inkomensafhankelijke combinatiekorting. Ook toeslagen zoals bijvoorbeeld huur- en zorgtoeslag zijn inkomensafhankelijk. Daalt jouw inkomen na de scheiding, dan bestaat de kans dat je in aanmerking komt voor (hogere) toeslagen.
Een gecertificeerd financieel planner kan dit exact voor je uitrekenen.